naar nieuwsoverzicht

"Mijn tweeling spreekt beter Nederlands dankzij MeerBabbels"

Sara Berghi had de leerkracht van haar 5-jarige tweeling niet verteld dat de jongens één middag per week naar MeerBabbels gingen. Een half jaar later bleek de naschoolse activiteit van MeerWaarde, waarbij kinderen tussen de 4 en 6 jaar spelenderwijs een uur met taal bezig zijn, een succes. “Hun juf sprak mij aan. Het Nederlands van Mido en Mizo was zó verbeterd dat de jongens mochten doorstromen naar groep 2!”

Mizo en Mido, zoals de tweeling Muzmmel en Mudasser liefkozend worden genoemd door hun Ethiopische moeder, stuiven naar buiten om op de trampoline te springen. Sara Berghi is zichtbaar trots op haar ‘mannen’. Als peuter gingen de jongens naar ’t Kabouterhuis. Dit medisch orthopedagogisch centrum helpt gezinnen met kinderen tussen de 0 en 7 jaar met bijvoorbeeld een ontwikkelingsachterstand of opvoedingsproblemen. “Ik wilde graag dat mijn jongens naar een gewone basisschool gingen en niet naar speciaal onderwijs. Als ze beter Nederlands zouden leren spreken, was dit mogelijk. Via mijn buurvrouw hoorde ik over MeerBabbels. Haar dochter, die net als mijn tweeling een taalachterstand heeft, ging er naartoe en sprak al veel beter Nederlands.”

Sara, Saskia, Elly en Wendy met de tweeling Muzmmel en Mudasser, foto: Martine Goulmy.

Oefen-placemats

Het is najaar 2017 als Sara met een financiële vraag binnenstapt bij het PlusPunt-inloopspreekuur van MeerWaarde in haar wijk Overbos. Daar ontmoet ze sociaal werker Wendy Amsing en vraagt haar ook naar MeerBabbels. Bij de start van het project heeft Wendy als coördinator een jaar een groep gedraaid bij MeerBabbels en kan Sara precies vertellen wat het inhoudt. “Verspreid over een jaar werken twee vrijwilligers met maximaal tien kinderen aan zes thema’s. Voorbeelden zijn ‘Eten en drinken’ en ‘Verkeer’. Per onderwerp hebben we lijstjes woorden die vaak worden gebruik. We praten, knutselen, zingen en doen spelletjes met de kinderen waarbij we de woorden blijven herhalen.” Sara loopt naar een kast en haalt er zes geplastificeerde A3-vellen uit. “Van elk thema is een placemat gemaakt. Die leg ik onder de borden van de jongens. Terwijl Mizo en Mido eten, oefen ik woorden met hen zoals ‘het zebrapad’ en ‘de rotonde’.”

Supermarkttaal

MeerBabbels-vrijwilliger Saskia Ordelmans vult aan. “Dat is precies wat we willen bereiken! Ouders die actief met hun kinderen en taal bezig zijn. Het laatste kwartiertje van onze ‘les’ zijn de ouders er altijd bij. Ze krijgen dan uitleg over de thuisopdracht. Bijvoorbeeld om samen met hun kind een boodschappenlijstje te maken. Welk fruit gaan we kopen? Zodra ze in de supermarkt zijn, kan een kind zelf de appel, banaan of mango zoeken. In de herhaling schuilt de kracht om de taal goed te leren.”

VoorleesExpress

Inmiddels hebben Mido en Mizo het volledige jaar MeerBabbels succesvol afgerond. Sara is dankbaar voor een jaar professionele taalondersteuning. “De jongens zijn zo vooruitgegaan qua taal, maar eigenlijk is één jaar tekort. Twee jaar MeerBabbels was nog fijner geweest. Gelukkig mogen ze over een maand meedoen aan de VoorleesExpress, een ander project van MeerWaarde.” In samenwerking met bibliotheek Haarlemmermeer geeft VoorleesExpress-coördinator Elly Folkerts uitvoering aan het voorleesproject. “Een half jaar lang komt elke week een vrijwilliger langs bij kinderen tussen 2 en 8 jaar die een taalachterstand hebben. Naast voorlezen, stelt de voorlezer de kinderen ook vragen en geeft ouders tips.”

Steuntje in de rug

Dat een ouder de Nederlandse taal niet voldoende spreekt, hoeft geen probleem te zijn, benadrukt Elly Folkerts. “Het is belangrijk dat een kind de taal van (één van) de ouders goed beheerst. Dit helpt een kind om de Nederlandse taal beter te leren begrijpen en spreken. Sara kan bijvoorbeeld straks in haar eigen taal praten met de jongens over een verhaal dat is voorgelezen. Actief bezig zijn met taal is waar het om draait. Ook neemt de voorleesvrijwilliger de ouders en kinderen een keer mee naar de bibliotheek om te laten zien waar ze wat kunnen vinden, maar ook om te zien welke andere mogelijkheden er zijn, zoals het Taalhuis voor volwassenen.” Sara is blij met de VoorleesExpress. “Straks zitten de jongens in groep 3 en leren ze lezen en schrijven. Hoe kan ik ze als ouder, die de Nederlandse taal niet foutloos beheers, toch goed blijven begeleiden? Ik zie de VoorleesExpress hierin echt als een steuntje in de rug voor mij.”

nieuws 6 mei 2019

alle activiteiten